Van de aanhoudende bekladdingen van gebouwen en het vandalisme van Joodse (oorlogs-)monumenten via de uitingen van Femke Halsema of Frans Timmermans, het gedonder in Katwijk, de publieksscore voor Israël bij het Songfestival en de tienduizenden mensen die de regering-Schoof oproepen een rode lijn te trekken tegen Benjamin Netanyahu: de oorlog in Gaza blijft hoog op de publieke agenda staan. Het brisante onderwerp lijkt zelfs steeds heviger op te laaien.
Ook deze nieuwsbrief - alleen voor paid subscribers - gaat opnieuw over Het Conflict: het is een reportage vanuit Israël over de verschillende (politieke) zienswijzen die onder de bevolking bestaan. Want het zal een gemiddelde NOS-kijker misschien verbazen, maar ook binnen Israël leven brede opvattingen over hoe de strijd wel of niet gevoerd moet worden.
Luisteraars van de Nijman & Charante Podcast #19 hoorden me al verzuchten dat er ook nog andere onderwerpen zijn, maar je kunt ook de sites van NOS, NRC of DPG niet openen of de oorlog in het Midden-Oosten prijkt stijf bovenaan. Zelfs Oekraïne lijkt nauwelijks nog te bestaan. Tegelijkertijd bemerk ik in reacties zowel online als offline dat er een grote behoefte bestaat bij lezers aan een ánder Israëlisch media-geluid dan de eenzijdige negativiteit die de mainstream u steeds voorschotelt.
Bovendien: ik ben nou eenmaal in Israël geweest, dus logischerwijs levert dat verhalen op. Er is maar één auteur die aan dit blog sleutelt (columnist Auke Zijlstra en podcast-partner Maaike niet te na gesproken), en ik kan helaas niet alles tegelijk bijhouden. Na de onderstaande reportage volgt sowieso binnenkort nog een lang verhaal (of een tweeluik) over de situatie op de West Bank, inclusief de eerder beloofde onderbouwde weerlegging van de #BOOS-aantijgingen tegen Christenen voor Israël — beschuldigingen die hebben geleid tot intimidatie en agressie (zoals in Zaltbommel) en die ook rechtstreeks te linken zijn aan de oproer in Katwijk.
Mijn bezoek aan Israël heb ik geheel zelfstandig opgezet, zonder opdracht of invloed van derden, via eigen contacten en binnen mijn eigen netwerk, en volledig uit eigen zak betaald, om eigen indrukken op te doen en een ander verhaal te vertellen dan de mainstream. Het nu volgende verhaal heeft mede daarom een betaalmuur, omdat vliegen voor veldwerk nou eenmaal kosten met zich meebrengt. Een paid subscription is derhalve zeer welkom. Dank u.
In de categorie overige updates kan ik voorts nog melden dat ik nog diverse Woo-verzoeken heb lopen op diverse dossiers, waar veel tijd in gaat zitten. Ik heb nog nooit aan zo veel hoor- en bezwaarzittingen deelgenomen als in de afgelopen zes maanden - Vadertje Staat laat zich namelijk niet graag in de kaarten kijken. In enkele verzoeken heb ik al wel documenten ontvangen, maar daarvoor simpelweg nog geen tijd gevonden om die te bestuderen. Komt tijd, komen (ook weer) andere onderwerpen. Maar nu: Israël. Want de noodzaak aan alternatieve zienswijzen die in de reguliere media bijna volledig afwezig zijn, blijft bestaan.
Israël, de Jood onder de staten

In de anderhalf jaar sinds de Hamas-terreur van 7 oktober 2023 is Israël niet alleen internationaal meer geïsoleerd komen te staan, het land lijkt ook tegen zichzelf verdeeld te zijn over de vraag hoe nu verder — met het bevrijden van de gijzelaars, met het verslaan van Hamas, met de politieke toekomst onder leiding van premier Benjamin Netanyahu, en met de nationale verwerking van het verlies en het trauma.
Het kan niet genoeg benadrukt worden hoe diep 7 oktober er in gehakt heeft. Israël is klein, de enige Joodse staat op aarde telt nog geen tien miljoen inwoners en daarvan is slechts driekwart daadwerkelijk Joods. Bijna iedereen kent wel mensen of gezinnen die door de terreur van Hamas werden geraakt, of militairen die daarna sneuvelden tijdens de oorlog in Gaza.
De pijn van deze grootste massamoord op Joden sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog ligt diep in de ziel van het land opgeslagen, emoties daarover komen continu naar buiten. Op allerlei manieren: van de kleine gele lintjes voor de gijzelaars die velen hebben opgespeld tot stickers van slachtoffers en gijzelaars op auto’s en ramen. In grote spandoeken en kleine vlaggen, via posters en leuzen en natuurlijk als uiteenlopende opinies en sentimenten over wat te doen, hoe dat te doen, en wie het moeten zouden moeten doen.
In de dagen vanaf de terreur-invasie op zaterdag 7 oktober lieten ongeveer 1200 mensen het leven, waaronder ruim achthonderd burgers en bijna vierhonderd militairen en politiemensen. Het geweld en de strijd tegen terroristen van Hamas en andere groepen duurde op sommige plekken dagenlang. 251 mensen werden ontvoerd naar Gaza.
De leiders van Israël zwoeren iedereen terug te halen en Hamas uit te roeien. Sinds het begin van het offensief in Gaza, eind oktober 2023, sneuvelden daarbij ruim vierhonderd militairen en raakten er bijna zesduizend gewond. Nog altijd is de strijd niet gestreden: premier Netanyahu kondigde onlangs aan dat de oorlog juist wordt uitgebreid. Tienduizenden reservisten zijn opgeroepen om de binnenlandse legermacht te versterken zodat meer militairen naar Gaza gezonden kunnen worden.
Inmiddels is dat offensief onder de naam “Gideons Strijdwagens” in Gaza begonnen, wat wereldwijd tot stevige reacties leidt. In Nederland trokken tienduizenden burgers een ‘Rode Lijn’. Landen als Engeland, Frankrijk en Canada verwierpen de militaire acties van Israël in een gezamenlijke verklaring, waarin voor een acuut staakt het vuren en meer humanitaire hulp wordt gepleit.
Onder de nieuwe IDF-strategie zouden er minder gerichte invallen gedaan worden, door een groter gebied van de Gazastrook te bezetten. Dat wekt de indruk dat deze oorlog voorlopig nog niet voorbij is en in een langdurige bezetting zou kunnen overgaan. Netanyahu heeft bovendien verklaard dat ‘het verslaan van onze vijanden het hoogste doel is’, waarmee hij voor het eerst hardop erkent wat veel families van gijzelaars al langer uitspraken: het terughalen van hun geliefden is van secundair belang voor de premier. Na de recente vrijlating van de Amerikaans-Israëlische militair Edan Alexander zijn nog altijd zijn 58 gijzelaars in handen van Hamas, waarvan gedacht wordt dat 24 mensen nog in leven zijn.
De waarde van een meter land
‘Is een meter meer of minder land meer waard dan een mensenleven?’, vraagt Shachar Shnorman (63) zich retorisch af. Hij woont op Kfar Aza, een van de kibboetsen in de Gaza Envelope, zoals de landstrook ten noorden en ten oosten van de Gazastrook genoemd wordt. Zo’n 250 terroristen bestormden op Zwarte Zaterdag zijn woongemeenschap, vervolgens is er tot aan de vooravond van 10 oktober gevochten om de kibboets te ontzetten. Tenminste 62 bewoners vonden de dood, naast enkele tientallen militairen. Negentien mensen werden gegijzeld. De tweelingbroers Ziv en Gali Berman (beiden 27) zijn nog altijd in Gaza. Hun beeltenis kom je overal in Kfar Aza tegen op spandoeken en foto’s.
Shnorman en zijn vrouw Ayelet Cohen waren de eerste twee bewoners die in november 2023 terug naar hun huis keerden, maar in april 2025 is de kibboets nog altijd grotendeels verlaten. Uitgebrande huizen zijn gesloopt, op verschillende plekken renoveren bewoners maar ook jonge vrijwilligers uit heel het land woningen en gemeenschappelijke gebouwen. De bibliotheek van de agrarische gemeenschap is op een paar likken verf na klaar voor heropening. De jongerenwijk, het hardst getroffen, is echter onaangeroerd. Het is een herdenkingsplek van uitgebrande huizen, ontelbaar veel kogelgaten en talloze foto’s van jonge mensen die in hun eigen huis zijn verkracht, vermoord of levend zijn verbrand.
Tijdens een rondleiding in de elektrische Club Car van Shnorman klinken met regelmaat explosies van bommen en mortieren, afgewisseld door salvo’s uit machinegeweren. ‘Ze beginnen vroeg vandaag’, schampert Shnorman. ‘We hebben Gaza vernietigd, wanneer gaan we iets bouwen? Als ik rustig leef, leven zij ook rustig. Als ik niet rustig leef, leven zij al helemaal niet rustig.’
Vanaf Kfar Aza kun je Jabalia in het noorden van Gaza duidelijk zien liggen. ‘Daar wonen mensen die ons willen uitmoorden’, wijst Shnorman. ‘Maar onze echte vijanden zitten in Jeruzalem’, zegt hij, doelend op de zetel van de regering in de hoofdstad van Israël.
‘Het idee van een Palestijnse staat is gekte’
Daar denken ze in Jeruzalem zelf anders over. Op een congres van het conservatieve Jewish News Syndicate (JNS) in het Waldorf Astoria klinkt ferme taal over zowel het Israëlische recht op zelfverdediging als verbaal verzet tegen de houding van Europa, de Verenigde Naties en zelfs Joden in de wereldwijde diaspora.
Op het JNS-congres in het weelderige hotel verzamelen zich strijdbare medestanders van Netanyahu uit binnen- en buitenland maar vooral zijn het mensen die het bestaansrecht van de staat Israël vurig verdedigen. Keynote speakers zijn onder meer minister van Buitenlandse Zaken Gideon Sa’ar, Strategie-minister Ron Dermer en de Amerikaanse ambassadeur voor Israël, Mike Huckabee. Panels worden gevuld door politici, diplomaten en kopstukken van joodse ngo’s. Onder de gasten bevinden zich bekende voorvechters van Israël als juriste Natasha Hausdorff, commentator Hillel Fuld, columniste Melanie Philips en Einav Avizemer, de influencer/actrice die faam verwierf met sarcastische en satirische Instagram-video’s, gericht aan ’Hamas-lovers’ in het Westen. Ook Sam van Rooy, parlementslid voor het Vlaams Belang, neemt deel aan enkele panels.




De hoofdact op de eerste avond is premier Netanyahu zelf, aan wiens ontspannen houding en strijdbare presentatie duidelijk te merken is dat hij onder vrienden en gelijkgestemden is. Hij herinnert aan Israëlische militaire successen in Gaza en in Libanon, waar eerst de pieper-aanval Hezbollah vleugellam maakte, en een precisiebombardement op hun leider Hassan Nasrallah de terreurbeweging vervolgens onthoofdde.
Over Gaza is de premier stellig: ‘Het idee van een Palestijnse staat is gekte’, luidt zijn stelling. ‘We hebben een Palestijnse staat geprobeerd in Gaza en je hebt gezien waar dat toe heeft geleid.’
Israël verliet de Gazastrook in september 2005, als onderdeel van het ‘disengagement plan’ van toenmalig premier Ariel Sharon. Joodse nederzettingen werden ontmanteld, negenduizend kolonisten werden geëvacueerd. Hamas versloeg in januari van het volgende jaar bij democratische verkiezingen (die volgens de EU ‘vrij en eerlijk’ zijn verlopen) de Fatah-beweging, maar in 2007 leidde een gewelddadige staatsgreep tot de alleenheerschappij van Hamas in Gaza.
In zijn speech verklaart Netanyahu dat Israël de Gazastrook militair wil blijven controleren. ‘Hamas zal daar niet meer zijn en we gaan ook de Palestijnse Autoriteit niet daar neerzetten. Waarom het ene regime dat zweert ons te zullen vernietigen, vervangen door een ander regime dat zweert ons te zullen vernietigen?’, schampert Bibi.
Hoewel de Palestijnse Autoriteit in tegenstelling tot Hamas de staat Israël wel erkent, is ook deze semi-autonome overheid van de Arabische gebieden op de Westelijke Jordaanoever verre van democratisch. Het mandaat van Mahmoud Abbas verliep al in 2009. De bijna 90-jarige president draagt bovendien meerdere petten als PA-president, PLO-voorzitter én Fatah-leider.
Pay for Slay
Erger nog is dat de erkenning van Israël niet betekent dat Abbas gestopt is met het uitbetalen van (levenslange) uitkeringen aan families van Palestijnen die gevangen worden genomen of omkomen bij aanslagen tegen Israël en het Joodse volk. Dit zogenaamde Martelarenfonds van de PA wordt gepresenteerd als een sociale uitkering, maar in werkelijkheid is het een beloningsfonds voor daders van gewelddadige acties. ‘Pay for Slay’, wordt het systeem door Israël en Amerika genoemd. Het gaat jaarlijks om tientallen miljoenen euro’s — geld dat mede afkomstig is uit humanitaire hulpgelden van de VS en uit de EU.
Op het terras van een ander hotel in Jeruzalem, het Ambassador in de consulaatswijk Sheikh Jarrah, doet deze houding van Israël een hoge Nederlandse diplomaat een paar dagen later zuchten. ‘De PA moet Gaza wel overnemen. Je zult de Palestijnen moeten meenemen in een wederopbouw.’ In zijn ogen heeft Netanyahu geen plan, noch is er voldoende Westers hulpgeld. ‘Er waait een andere wind in het Westen. Europa beperkt ontwikkelingssamenwerking. Donald Trump wil dat NAVO-lidstaten naar 5 procent van hun nationale begroting voor defensie opschalen. Er is geen geld om Gaza opnieuw op te bouwen.’
De diplomaat is tevens van mening dat de Abraham Akkoorden van Trump, afspraken tussen Arabische landen en Israël die tot een ontdooiing van regionale spanningen hebben geleid, niet kunnen worden voortgezet zonder de Palestijnen. ‘Die moet je aan tafel vragen’, meent hij. ‘Er is leven na Hamas. Die waren voor 7 oktober al zeer impopulair in Gaza. En ook Abbas loopt tegen de 90. Het is een aflopende zaak. Daarna moet je proberen van onderaf terug op te bouwen.’
Opvallend is wel dat na de terreur van 7 oktober de steun voor Hamas in Gaza steeg van 38 naar 42 procent, en op de Westelijke Jordaanoever zelfs van 12 naar 44 procent. De populariteit van Abbas zakte daarentegen naar 16 procent, terwijl het leeuwendeel van de Palestijnen zijn ontslag eiste. Inmiddels roert een deel van de Gazanen zich juist tegen Hamas, wat zich heeft geuit in straatprotesten maar ook in vergeldingsacties door Hamas: protestleiders zijn vermoord en deelnemers aan demonstraties worden in elkaar geslagen of in hun benen geschoten door de terreurorganisatie. Het is op dit moment moeilijk voor te stellen hoe de impopulaire Palestijnse Autoriteit in dat machtsvacuüm een kalmerende, sturende rol zou kunnen spelen.
Dat neemt niet weg dat er wel een ‘bakje van hoop’ moet zijn, zoals de ervaren diplomaat het noemt, waarin je kleine tekenen van geloof in vooruitgang kunt deponeren. ‘Je moet geloof blijven houden in een vorm van samenleven.’
Vechten met één arm op de rug
Dat samenleven was regionaal altijd al een uitdaging, zo niet een onmogelijke opgave, maar wordt net zo goed niet makkelijker gemaakt door de internationale druk op Israël. Direct na de terreur van 7 oktober stonden velen in het Westen, zowel activisten, burgers en studenten als ambtenaren, politici en ngo’s, al heel snel met een strenge vinger naar de Joodse staat te wijzen: ‘Pas op met hoe je hierop reageert’, was de houding. Israël mocht geen slachtoffer zijn, maar is wel razendsnel als dader geportretteerd.
Inmiddels spreken de zogenaamde ‘antizionisten’ (niet zelden een eufemisme voor plat en virulent antisemitisme) over een ‘genocide’ op de bevolking in Gaza. Wat het volgens geen enkele serieuze standaard is en waarvoor iedere bewijsvoering ontbreekt, hoewel de omstandigheden in oorlogstijd uiteraard erbarmelijk zijn voor burgers, en de gevolgen van oorlog tragisch.
In het westerse narratief wordt echter opvallend vaak achterwege gelaten hoe het totalitaire regime van Hamas niet alleen deze oorlog zelf begonnen is, maar ook de eigen bevolking onderdrukt, actief als levend schild gebruikt en de humanitaire hulpgoederen onder hun neus vandaan rooft. Israël wordt gedwongen met één arm op de rug te vechten in gebieden waar Hamas-terroristen zich verschuilen tussen de burgerbevolking (en in de tunnels daaronder), terwijl de hele wereld een streng oordelend oog op de Israeli Defense Forces houdt.
‘Misschien had het land een paar maanden moeten wachten met terugslaan’, suggereert Thomas Schlijper (49), een Nederlandse fotograaf die al 25 jaar in Israël komt en sinds enkele jaren in Tel Aviv woont met zijn joodse vriendin en hun zoontje. ‘Dan had de wereld misschien de tijd genomen om te laten doordringen en bezinken wat Hamas heeft aangericht, voordat het nieuws werd overspoeld met beelden van de gevolgen van de Israëlische militaire vergelding.’
Hij betreurt het perspectief op Israël dat in de wereld is ontstaan en zoals bij alle Israëli’s staat ook bij Schlijper het terughalen van de gijzelaars boven alle andere prioriteiten. Hoe verdeeld het land ook is, niemand tornt aan het belang van die humanitaire missie. De methode voor de uitvoering daarvan, echter, is een ander verhaal. Kritiek op de aanpak van Netanyahu klinkt niet alleen op kibboets Kfar Aza in het zuiden. Ook Schlijper is sceptisch over de motieven van de premier, tegen wie verschillende interne onderzoeken lopen naar machtsmisbruik en corruptie. ‘Hij wil de oorlog rekken om zijn eigen positie te behouden’, denkt de fotograaf.
Daarin is hij niet de enige, maar de arrestatiebevelen die het Internationaal Strafhof (ICC) in november 2024 heeft uitgevaardigd tegen premier Netanyahu en voormalig Defensie-minister Yoav Gallant sterken veel Israëli’s juist in hun steun voor de premier en zijn kabinet. Het ICC beschuldigt Netanyahu en Gallant van oorlogsmisdaden in Gaza, critici van die aantijgingen beschouwen het als het zoveelste bewijs van de oneerlijke behandeling van Israël.
Waar de westerse media zich veelal richten op de negatieve rol van Netanyahu, op een manier die suggereert dat het hele land hem zat is, geniet de premier relatief veel steun van Joden uit de voormalige Sovjet-Unie (zo’n vijftien procent van de samenleving) en onder tweede- en derde generaties Joden uit Jemen, Irak en andere Arabische landen waar hun (groot)ouders vandaan gevlucht zijn in 1948. ‘Het enige af en toe hoorbare kritiek-puntje: hij moet nog veel harder zijn en er harder op laten slaan’, vertelt een Nederlandse Israëli me over hun positie.




De arrestatiebevelen vormen het voorlopige dieptepunt van de internationale aversie tegen de Joodse staat, dat meer dan welk land dan ook aan soms uitzonderlijke standaarden wordt gehouden als het aankomt op het beschermen van de eigen bevolking, het redden van de gijzelaars en het uitschakelen van existentiële vijanden. Dat is niet alleen de opinie binnen Israël en onder supporters van het land, maar een meetbaar fenomeen.
‘Is het echt zo erg bij jullie?’
Het leidt tevens tot de ietwat absurde situatie dat binnen Israël de zorgen over het lot van het Westen soms sterker lijken dan de zorgen over binnenlandse veiligheid. Tijdens een gespreksavond over de westerse mediaberichtgeving over dit conflict in Savyon, een een lommerrijke villawijk ten oosten van Tel Aviv, tonen de aanwezigen zich verbolgen maar vooral verbaasd over de continue agressie van activisten en studenten, de anti-westerse houding van ngo’s en (linkse) politici en de openlijke voorkeur voor het volk dat Joodse gijzelaars vasthoudt boven medeleven met de slachtoffers. ‘Is het echt zo erg bij jullie?’, wil iemand bezorgd weten.
Ook de zorgen over de groeiende invloed van de islam in Europa zijn groot in Israël. Niet alleen voor de positie van Joden in landen als Frankrijk, Engeland en Nederland maar ook vanwege het ondermijnende effect op vrije, liberale samenlevingen. In verhouding tot de situatie in Israël zelf leidt het tot ogenschijnlijk conflicterende gevolgen. Na 7 oktober en vooral vanwege de respons op die terreur in het Westen, hebben veel Joden hun koffers gepakt om aliyah te maken, zoals de opgang naar Eretz Yisrael (het Land van Israël) in regionaal jargon heet. Ze voelen zich niet langer veilig in met name Europa en kiezen voor een nieuw leven in de enige staat die belooft de Joden altijd te beschermen.
Daar tegenover staat wel dat de Nederlandse school in Tel Aviv van tachtig leerlingen is teruggezakt tot vijftig: de bedreigingen vanuit niet alleen Gaza maar ook Libanon, Jemen, Syrië en natuurlijk Iran hebben ook veel mensen doen besluiten Israël juist te verlaten. Thomas Schlijper vertelt hoe hij iemand kent die ondanks een grote liefde voor Israël toch weg wil uit het land, en iemand anders die erg kritisch is op Israël vanuit Nederland juist daarheen wil. De situatie trekt en duwt aan alle kanten.

Toch leeft in brede zin de strijdbaarheid sterker dan de vrees. Na 7 oktober kwamen Joden (maar ook supporters van Israël) uit de hele wereld naar de Joodse staat om zich aan te melden bij het leger, vrijwilligerswerk te doen of op andere manieren bijstand te verlenen. De gemeenschapszin is enorm - de permanente bedreiging van het leven leidt tot een enorme collectieve inspanning om dat leven ten volle te blijven leiden. Tel Aviv voelt in veel opzichten meer open, bruisender, gemeenschappelijker en sociaal veiliger dan Amsterdam.
Het is deels de volksaard. Israëli’s, zeker in Tel Aviv, hebben geen tijd te verspillen. Het leven moet geleefd worden, want morgen ontploft er een bus of word je opgeroepen om in Gaza te gaan vechten. Tussen die twee uitersten ontwikkelt zich een geestelijke lenigheid die van Israëli’s drukke, bezige en actieve mensen maakt die de permanente existentiële dreiging achter een energieke onverschilligheid verhullen. Een beetje zoals het Arabische inshallah - zo God het wil - maar dan met meer liefde voor het leven, familie en vrienden. Het is wat het is, en nu vooruit met de geit.
Zo veel mensen, zo veel meningen
Dat de Joden een sterke gedeelde gemeenschapszin hebben voor hun eigen staat, betekent natuurlijk niet dat de onderlinge verschillen in opvattingen niet groot kunnen zijn. Op zaterdagavond kun je in Tel Aviv langs verschillende pleinen lopen om diverse opvattingen aan te horen. Natuurlijk is er Hostages Square, voor het Tel Aviv Museum of Art en tegenover HaKirya, het hoofdkantoor van de IDF, waar familie en vrienden van gijzelaars bijeen komen om elkaar te steunen. Er worden geen politieke speeches gehouden, hier klinkt enkel het pleidooi voor de vrijlating van de gijzelaars en hun familieleden staan centraal. Er hangt een sterk emotioneel geladen sfeer van saamhorigheid.
Op verschillende plekken in de omgeving is politiek wel degelijk een belangrijk onderwerp. Zoals op Habima Square, iets verderop aan de noordkant van Boulevard Rothschild. Daar prijkt op het Charles Bronfman Auditorium de geelverlichte slogan ‘Bring Them Home’, maar op het plein zelf verzamelen zich overheidscritici die vinden dat Netanyahu te weinig doet om die slagzin uit te voeren. Krakerstypes (die er overal ter wereld hetzelfde uit zien: mager, bleek en onverzorgd) demonstreren er met trommels en megafoons luidruchtig voor de vrijlating van 1500 Palestijnse ‘gijzelaars’ die zonder aanklacht in administratieve detentie worden vastgehouden in Israël.
Aan de andere kant van HaKirya kom je mensen tegen die foto’s van gedode Palestijnse kinderen omhoog houden. Zwijgend, met waxinelichtjes op de grond, houden ze hun protest tegen de oorlog. Niemand die hen lastig valt, verbaal aanvalt of anderszins een strobreed in de weg legt. Weer verderop, weglopend bij Hostages Square, kom je via Kaplan Street op Democracy Square waar de zogenaamde Kaplanisten expliciet tegen de regering van Netanyahu demonstreren. Zij stonden daar al vóór 7 oktober vanwege de (ingewikkelde maar hoog oplopende) interne spanningen tussen de Israëlische politieke macht en het hooggerechtshof. Een Nederlandse diplomatieke bron spreekt daarover zelfs de vrees uit dat Israël riskeert een autocratie te worden. Onder Israëli’s zingt de sarcastische grap rond dat Hamas een jaar had moeten wachten, omdat de Israëli’s elkaar dan alvast hadden afgemaakt.
Maar hoewel de motieven van de Kaplanisten het meest politiek zijn van alle protesten (en hun afkeer van Bibi het grootst - op een bushalte zit een sticker van een Jodenster waarop staat dat 7 oktober ‘De Holocaust van Netanyahu’ is), stelt ook deze groep het belang van de vrijlating van de gijzelaars boven alles.




Omdat de regering en Netanyahu-gezinde media deze demonstraties (waar op sommige zaterdagavonden en afhankelijk van de actualiteit vele tienduizenden mensen op afkomen) proberen te framen als louter linkse protesten, dragen veel mensen een vlag van Israël bij zich om aan te geven dat ze vooral demonstreren vóór het landsbelang en de democratie.
‘Europe is gone. It’s dark’
Op het JNS-congres in Jeruzalem richt de politieke retoriek zich juist meer naar buiten. De teneur bij sommigen is dat wie niet met Israël staat, tegen het land is. Malcolm Hoenlein, president van de grootste koepel voor Joods-Amerikaanse organisaties, stelt dat de wereld had moeten weten dat ze niet aan de verkeerde kant van Israël moeten staan. Maar hij verwijt ook de joodse diaspora dat ze te weinig actie ondernemen tegen de verdachtmakingen jegens Israël, of zich schikken in de kritiek. Over Europa is Hoenlein uitgesproken somber: ‘Europe is gone. It’s dark. Op een paar landen na.’ Hij benadrukt wel dat Israël vrienden moet blijven zoeken en maken.
De Australisch-Israëlische diplomaat Mark Regev betreurt de rol van de Verenigde Naties, die Israël keer op keer in een slecht daglicht schetsen op het wereldtoneel. ‘De VN zijn als een seculiere paus’, zegt hij. ‘Mensen geloven erin’. Toch is hij strijdbaar: ‘We moeten de hasbara-slag blijven strijden en nooit opgeven!’ Hasbara is de term die Israël gebruikt voor publieke diplomatie. Tegenstanders noemen het propaganda, maar voor supporters is het een positieve term. De regering maakte onlangs bekend 150 miljoen dollar extra uit te trekken om te trachten de wereldwijde perceptie van Israël te verbeteren.
Regev constateert bovendien dat Arabische landen achter gesloten deuren juist hun steun uitspreken voor Israël. Dat is een beetje de wrange grap: in het Midden-Oosten houdt niemand van de Palestijnen, zeker niet zoveel als in het Westen. Egypte houdt de grens met Gaza al anderhalf jaar stijf dicht, Jordanië (met een grote Palestijnse gemeenschap) wil geen vluchtelingen opvangen. In Saudi-Arabië is het ten strengste verboden om pro-Palestijnse protesten te houden, in landen als Dubai en de Verenigde Arabische Emiraten wordt het sterk ontmoedigd.
Andersom voel je soms de Arabische liefde voor de harde hand van Netanyahu: nadat Israël de pieper-aanval op Libanon had uitgevoerd, gingen op sociale media in het Midden-Oosten filmpjes rond waarin Bibi als een badass werd geportretteerd. In het Midden-Oosten bestaan andere definities van macht.
Opvallend is misschien dat Shachar Shnorman, de kibboets-bewoner die Netanyahu bijkans als een grotere vijand beschouwt dan de Palestijnen, deze opvatting in zekere zin deelt: ‘In deze contreien moet je terugslaan, laten zien dat je sterk bent - anders komt de rest je ook binnenvallen’, weet hij. Zelf diende hij in de vroege jaren tachtig in Libanon en raakte daar tweemaal gewond. Op zijn pet staat in het Hebreeuws ‘Dienstplicht voor iedereen’ geschreven, een aanklacht tegen de vrijstelling van dienstplicht voor orthodoxe gelovigen. ‘Zij willen dat de oorlog door gaat, maar anderen moeten hem voeren’, sneert hij.
‘Je kunt alleen voor vrede ijveren wanneer je de sterkste in de kamer bent’, meent Shnorman. ‘En op 7 oktober lagen wij onderop. We waren arrogant, dachten dat we alles op orde hadden, en daar hebben we de prijs voor betaald.’ Die prijs is hoog. Hoger dan 1200 doden, vierhonderd gesneuvelde militairen in Gaza en zesduizend gewonden in de strijd. Bij vlagen proef je de stress van een soort PTSS in Israël, de spanning van onverwerkt trauma. Verbetenheid, ook, vanwege de wereldwijde negatieve perceptie van Israël.

En verbittering. Tijdens een tour van de Gaza Envelop en het terrein van het Nova-festival onder leiding van gids Amit Musaei (43), een overlevende van het Hamas-bloedbad bij Nova, merk je hoe een relaxte gozer die van festivals en psytrance houdt vooralsnog geen vergeving kan opbrengen. Hij verloor zijn beste vriend Adir, diens vrouw Shiraz en een gezamenlijke vriendin, Céline aan de antisemitische bloedlust van Hamas. Amits verhaal daarover is huiveringwekkend, en allemaal lieten ze jonge kinderen na.
‘Je ziet daar de skyline van Gaza City’ zegt hij op een uitzichtpunt bij Sderot, de stad waarvan de westkant minder dan een kilometer van Gaza ligt. ‘In de media zie je alleen maar beelden van platgegooide gebouwen maar hier zie je dus dat dit niet zo is.’ Om daaraan toe te voegen: ‘Personally, and you can quote me on this, I don’t care anymore: I wish it was.’
Israël betrachtte na 7 oktober een soort regime change in Gaza, maar kreeg daarvoor niet de steun van de internationale gemeenschap. Nu is het een guerrilla-strijd geworden om de laatste gijzelaars en de laatste Hamasstrijders. Maar sinds het staakt het vuren op 18 maart werd verbroken, is in de persoon van de Edan Alexander (en ogenschijnlijk als geste van Qatar aan Donald Trump) pas één gijzelaar teruggekeerd.
Hamas holt Israël van buitenaf uit
Wel wist de IDF de broer en opvolger van de al eerder gedode Hamasleider Yahya Sinwar, Muhammad, bij een bombardement uit te schakelen, of dat is althans het stellige vermoeden. Desalniettemin lijken er weinig hoge omes meer over in de rangen van de terreurorganisatie. Af en toe publiceert de IDF de naam en foto van specifieke Hamas-terroristen die zijn uitgeschakeld. Die worden gepresenteerd als kopstukken, maar hun functietitels verraden dat Israël op het niveau van de griffier van de wijkraad van Rafah-Oost is aangekomen. Hoeveel lagen diep moet je een organisatie uitroeien voordat ze niet meer wederopstaan? Je kunt een ideologie immers niet doodschieten of kapot bombarderen.
Hamas heeft als ideologisch doel om Israël te vernietigen. Militair zou hen dat nooit lukken, ook niet met de hulp van Hezbollah en Iran. Maar sinds 7 oktober 2023 lukt het Hamas - met hulp van politieke krachten, activistische ngo’s en heel veel nuttige idioten - wel om het beeld van Israël in de wereld af te breken. Waarmee de enige Joodse staat op aarde zich tussen twee voor zichzelf zo welbekende uitersten bevindt: enerzijds de existentiële eenzaamheid van een geïsoleerde positie in een onvriendelijke wereld, anderzijds de bevestiging dat Israël bestaansrecht heeft omdat niemand anders het Joodse volk de veiligheidsgaranties wil geven die het aan zichzelf heeft beloofd.
De Joodse staat is de Jood onder de staten geworden. Maar hoop doet leven.
Geeft goed de verdeeldheid binnen Israël weer. De verdeeldheid voor 7 oktober (wekelijkse protesten over juridische hervormingen) was waarschijnlijk één van de redenen waarom Hamas juist toen aanviel. In Israël kun je wèl de straat op om te demonstreren tegen de machthebbers zonder gevaar voor eigen leven. Toen ik in het Europees Parlement werkte, spraken NGO's en activistien (vooral uit Israël) bijna alleen maar over die hervormingen in Israël. Na 7 oktober spamden de Westerse NGO's dan weer de mailbox vol over niets anders dan Gaza.
Weer een fantastisch artikel, ik vraag me af hoe hamas ( die tot de laatste man uitgeroeid moet worden, uiteraard) nog functioneert met louter griffiers aan de knoppen