Weinig intoleranter alsdan een boze transgender
Letterbak Pride: Hoe intolerantie om tolerantie krijst
Afgelopen weekend was de Canal Parade, die ooit Gay Parade heette tot dat niet meer inclusief genoeg was. Aan de hand van ongeveer tien jaar GS-topics over dat dorpsfeestje, waar hedonisme en doorzon naar elkaar wuiven vanaf ponton en kadewand, kun je de groeiende verwarring zien die in het homobevrijdingsfeest is geslopen. Welke kant is het meest intolerant?
Na de LGB’s kwamen de agenten, ambtenaren & accountmanagers met hun eigen boot, gevolgd door QT’s op wiens slippen BLM meeliftte. De afgelopen jaren wapperen er vlaggen over huidskleur naast vlaggen die oproepen om een niet-bestaande moordpartij op transgenders te stoppen terwijl KLM denkt het progressief is om een bagageband in Pride-kleuren te schilderen, en de Belastingdienst zich “ontdaan” toont omdat veel burgers zich afvragen waarom de blauwe deurwaarders van de Rijksoverheid zich in het roze tooien om onoprechte kretologie te bedrijven.
Zelfs de Pride-vlag is een onleesbaar vod van verstrengelde voorrangsregels voor verzuurde achtergestelden geworden, tikte ik op GeenStijl in een poging om te verklaren waarom het voor steeds meer mensen moeilijk wordt om door het woud aan genderidentiteiten nog te zien wie het grootste slachtoffer is. De Azijnbode scheert het allemaal over één kam precies de andere kant op (‘kritiek op LHBTQI+ = radicaalrechts’). Voor veel progressieven lijkt hun bondgenootschap met de letterbak niet zozeer vanuit een toewijding aan the gay cause, maar zeker ook een fijne loopgraaf-proxy om alles rechts van het midden te kunnen verketteren als ‘radicaal’. Want roepen dat je foef eigenlijk een fallus zou moeten zijn, ware het niet dat je bij geboorte “het vrouwelijke geslacht kreeg toegewezen”, dat is natuurlijk totaal geen onredelijk standpunt en een gevoel dat onbekritiseerd moet worden onderschreven.
Enfin, volgens mij zit er wel echt een heleboel nuance op de schaal die begint bij de doodgewone homotolerantie die het overgrote merendeel van (niet-islamitisch) Nederland in zich herbergt, en eindigt bij paarsharige neuspiercings met hamer-en-sikkel-tatoeages die zich tegelijkertijd zowel het slachtoffer voelen van het blanke kapitalistische patriarchaat, als beweren dat ze dat systeem willen ‘crushen’, in de hoop dat zulks lukt door simpelweg hun transgendergevoelens aan iedereen op te dringen. Waar dus niet iedereen op zit te wachten:

Een polletje geeft geen sluitend bewijs maar wel een voorzichtige hint: Voor de schizofrenie van die laatste kleine maar luide minderheid bestaat een stuk minder tolerantie. Niet alleen omdat het van mensen eist dat ze zich berouwvol tonen over dingen waar ze helemaal geen schuld aan hebben (van het slavernijverleden tot die vermeende transmoorden), maar ook omdat die types geen pleidooi voor vrijheid houden - ze eisen collectieve onderwerping aan hun hyperparticuliere identiteitjes. Zo werkt dat dus niet. Dat kweekt weerzin, die vervolgens door DPG-redacteuren wordt opgediend als “Zie je wel, er is nog een lange weg te gaan!” - al denk ik dat ze daarmee vooral hun eigen vicieuze cirkelredenering voeden, die nooit tot meer, maar wel tot minder tolerantie zal leiden. Wie hebben daar het meeste last van? Niet die paar schreeuwende halfmarxisten met gendertwijfel, want die vreten er goed van. Maar wel: de doodnormale homo, van wie ik er opvallend veel ken die niets meer met de letterbakparade te maken willen hebben. Hun eigen boottocht is gekaapt.
Achter al deze oppervlakkige welles/nietes-retoriek over tolerantie of vermeende intolerantie gaat nog iets anders schuil: de medische transitiemarkt. Ik ben ervan overtuigd, op basis van cijfers en de geografisch nogal specifieke aard van het verschijnsel (louter in tot vervelens toe verwende welvarende westerse landen met een hoge internetdichtheid en dito social media-gebruik, waarvan we weten dat het psychologische schade aanricht) dat transgender vaker een -isme dan een daadwerkelijke dysforie is: een ideologische overtuiging, geen medische diagnose. Een sociale besmetting, en een zorgelijke bovendien.
Afgelopen week waren er hoorzittingen voor het Amerikaanse congres over de genderkwestie. Over mannen in de dameskleedkamers, transvrouwen bij vrouwensporten en over jonge spijtoptanten van geslachtsveranderende ingrepen, die op jonge leeftijd puberblokkers en hormonenkuren kregen voorgeschreven en onomkeerbare fysieke ingrepen hebben ondergaan. Steeds meer wordt duidelijk dat de (medisch-ethische) protocollen die hieraan ten grondslag liggen, ondeugdelijk zijn en bewijs ontberen.
In Nederland rijzen juridische bedenkingen bij het Dutch Protocol, waar landen als Engeland en Zweden hun wetgeving al herzien hebben. Ook in de VS heeft nu de American Academy of Pediatrics toegezegd om ‘een frisse blik’ op de bewijzen van aanleiding en uitwerking te werpen, nu het aantal gevallen van vermeende genderdysforie zo hard is gestegen - al heeft de A.A.P. nog wel vertrouwen dat hun behandelingen ‘passend’ zijn.
Zelf ben ik daar verre van zeker van en nee, ik heb niet de medische titels die een serieuze inbreng rechtvaardigen. Maar ik heb wel een paar ogen en - naar mijn eigen bescheiden mening - een rationeel functionerend brein, en ik zie op Het Internet overdadig bewijsmateriaal dat suggereert dat veel (zelfverklaarde) “non-binairen” en “transgenders” niet altijd even mentaal stabiel overkomen. Ze laten zich leiden door wilde ideologische dogma’s over de (westerse) samenleving, twijfelachtige zienswijzen over biologische waarheden en/of individuele identitaire geldingsdrang en dat in een tijd waarin de meest uitzinnige meningen, uitingen, gedragingen of verschijningsvormen kunnen rekenen op de meeste aandacht (maar niet op de meest solide rationale fundamenten). Je ziet, kortom, mensen die geen grip op zichzelf krijgen, laat staan op de onthechte postmoderne samenleving, en zich daar een slachtofferrol over aanmeten terwijl ze daders proberen aan te wijzen.
Daar komen dus ongelukken van. Medische ongelukken, zoals bij Chloe Cole, een van de meisjes (19 is ze) die haar verhaal deed over hoe op haar 12e tijdens de worsteling met puberale ontwikkelingen de misdiagnose “genderdysforie” kreeg, met alle ingrijpende en onomkeerbare gevolgen van dien. Of ze een dode dochter, of een levende transgender zoon wilden, zo vroegen de artsen aan haar ouders. Haar inbreng, hierboven in de video, klinkt als een klok, in tegenstelling tot het gekraai en gekrijs van de genderbrigades en hun enablers. Over Chloe schreef ik wat op GeenStijl, over de medici die haar en haar ouders zo vreselijk misleid hebben, maakte ik onderstaand een cursiefje voor Revu.
Het zit me namelijk niet lekker dat de verontwaardiging over transgenderisme zich richt op de critici en niet op de daders van medische mishandelingen. Maar dat zal wel radicaal-rechts zijn.
Abonnee worden zonder creditcard? Dat kan met iDeal via deze loophole
Revu-column: Wie zijn nou de werkelijke monsters?
Het is misschien niet het meest frivole midzomer-onderwerp maar eens in de zo veel tijd struikel ik nou eenmaal over het thans modieuze transgenderthema en dan blijf ik altijd even hangen bij de vraag: Hoe is castratie en sterilisatie van fysiek gezonde puberkinderen ooit een pijler van progressie voor de bien pensants geworden?
Hier moet meteen die strontvervelende disclaimer weer dat ja, sure, er bestaat zoiets als genderdysforie en dat daar goede geestelijke en medische behandelingen voor nodig zijn, bestrijd ik niet en daar pleit ik niet tegen. Maar heilige hormonengekte, Batman: hoe zijn we zo ver gekomen dat het kritisch bevragen van de enorm gestegen vraag naar transgenderzorg leidt tot barrages aan scheldpartijen, verwijten en beschuldigingen van transfobie?
Ook als je die disclaimer toevoegt, is kritiek leveren op transitiezorg een stuk rood vlees voor niet alleen paarsharige GGZ-sujetten met gezichtstatoeages, maar ook voor keurige maatpak-D66’ers, jonge sociale wetenschapsstudenten en midlife-kruidenvrouwtjes met een GroenLinks-abonnement, die allemaal denken dat ze voor door het patriarchaat onderdrukte slachtoffers opkomen door critici niet te weerspreken, maar uit te maken voor monsterlijke conservatieven die transgenders zouden willen vermoorden.
Dit is geen overdrijving, dit is het heersende narratief. Vraag maar aan J.K. Rowling, die al jarenlang gestalkt, bedreigd en doodgewenst wordt door een brede waaier aan vrij normaal overkomende tot zeer mentaal verwarde mensen, omdat ze niet per definitie gelooft in het bestaan van meer dan twee genders. Terwijl: biologisch gezien bestaan er echt maar twee geslachten.
Toch is in hoog tempo nieuw, anti-wetenschappelijk jargon in de taal (én stijlgidsen van veel medeplichtige media) doorgesijpeld waarin gesproken wordt over ‘mensen met een baarmoeder’ of over ‘mensen die menstrueren’, omdat het niet meer alleen tot vrouwen beperkt zou zijn. Een vrouw die geboren wordt als vrouw is niet geboren met een vagina, maar met een ‘bonusgat’, kwam ik laatst zelfs tegen.
Jargon zijn maar woorden, noem jezelf lekker hoe je wilt, meid (m/v/x). Maar uit dat jargon vloeit steeds vaker een medisch traject voort waaraan niet alleen zelfstandig bewuste meerderjarigen zich onderwerpen, maar dat ook op minderjarige puberkinderen wordt geprojecteerd.
Mijn begrip voor vermeende genderverwarring stopt op het moment dat artsen niet langer tegen de ouders van puberende kinderen zeggen dat ze moeten proberen te praten met hun kind over veranderingen in lichaam en geest, maar de medische diagnose stellen dat het kind puberteitsblokkers en hormonenkuren moet krijgen om een geslachtsverandering in gang te zetten.
Het leidt tot onomkeerbare vernielingen aan onderontwikkelde lichamen, afgesneden geslachtsorganen, eindeloze infecties, geestelijke en fysieke bijwerkingen en vaak een eeuwige nood aan medische zorg. Het aantal spijtoptanten groeit doch kritiek zwelt veel te langzaam aan. Deze Mengele-praktijken moeten één vraag opwerpen: wie zijn hier nou de werkelijke monsters?
Deze column verscheen in Nieuwe Revu 34 - 2023
Doneren aan Nijmans Nieuwsbriefje ? Nou graag! Dat kan hierrr of op NL79BUNQ 2066 5164 22. Vermeld je mailadres in de overboeking en ik zet je inschrijving naar rato om in een (tijdelijk) lidmaatschap.
Het hele gegender is weinig meer dan de ultieme vorm van egoïsme in combinatie met een aangeleerde, onwrikbare overtuiging dat alles maakbaar is, waarbinnen de leugen gepresenteerd kan worden als waarheid.