Hoe stabiel moeten banken eigenlijk zijn?
Kans op een nieuwe crisis loert altijd
Europarlementariërs met een brede blik hebben een geweldige baan. Kies gewoon een spannend onderwerp. Dat heb ik altijd gedaan, een beetje naast wat ik geacht werd te doen. Maar met enige regelmaat komen ook de geijkte onderwerpen weer voorbij. Voor mij zijn dat financiële zaken.
Deze week lagen er twee uiterst technische voorstellen op tafel. Ten eerste het T+1-voorstel van de Europese Commissie. De bedoeling is om de afwikkelingscyclus voor effectentransacties in de EU te verkorten van twee werkdagen (T+2) naar één werkdag (T+1) na de handelsdatum. Dan hebben we het over effecten zoals aandelen en obligaties die op EU-handelsplatformen worden verhandeld.
Afwikkeling betekent het proces waarbij de koper de effecten ontvangt en de verkoper het geld krijgt. In de VS en Canada stond de versnelling van afhandeling al op de agenda, dus we willen niet achterblijven. Ik heb me ingelezen, gesproken met betrokken partijen en toch een paar amendementen ingediend op de voorstellen. Ik vond dat er onvoldoende rekening was gehouden met tijdzones, mogelijke valutatransacties die ook tijd kosten, en handel die aan het einde van de handelsdag plaatsvindt. De rapporteur was het met mij eens, nam alle amendementen over, en deze week stemde het Europees Parlement voor. Goed gevoel.
Dan was er nog één die veel moeilijker lag.
In 2008 vielen wereldwijd banken om. Daar waren meerdere redenen voor zoals te riskante leningen, weinig liquiditeit, sterke onderlinge verbondenheid van banken, misleidende kredietbeoordelingen, maar toch ook onvoldoende strenge regelgeving. Die regelgeving is dan ook aangepast en heet Basel III. Het zorgt er onder andere voor dat banken genoeg geld opzijzetten om problemen op te vangen. Deze regels gelden in alle grote economieën. Elk land past de regels wel op zijn eigen manier toe. De VS en Japan zijn soms soepeler, terwijl de EU vaak strenger is.
Tijdens de Europese schuldencrisis (2010-2012) werd duidelijk hoe gevaarlijk het is als banken overmatig blootgesteld zijn aan staatsobligaties van zwakke economieën, zoals Griekenland, Ierland en Portugal. Dus ook hier kwamen beperkingen op.
Sovereign-bank nexus
In 2021 versoepelde de EU echter de eisen omdat de coronacrisis zware economische schokken veroorzaakte, met lockdowns, dalende inkomsten en stijgende overheidsuitgaven voor steunpakketten. Landen wilden snel grote extra staatsschulden aangaan. En de banken mochten die plotseling onbeperkt kopen. Dit is problematisch omdat het ene land het andere niet is en zeker niet in de eurozone.
Banken hebben vaak de staatsschulden van het eigen land op de balans. Als dat een land is met een hoge staatsschuld, is dat weliswaar aantrekkelijk door de hogere rente, maar ook gevaarlijk. We spreken dan van ‘sovereign-bank nexus’, waarbij de financiële gezondheid van banken en overheden sterk met elkaar verweven is. Als de waarde van staatsobligaties daalt (bijvoorbeeld door stijgende rentes of een schuldencrisis), kunnen banken in deze landen in acute problemen komen. Dan heeft de eurozone een dubbel probleem, want naast het land vallen dan ook de banken om.
En nu stelde de Europese Commissie voor om de huidige, tijdelijke, versoepeling permanent te maken. Ik vond dat onverstandig. Immers, het versoepelen van regels rond staatsschulden ondermijnt de kern van Basel III: het verminderen van systeemrisico’s. Maar in de VS, het VK, Canada en Japan zijn de regels ook versoepeld. De VS en Japan versoepelen Basel III-regels deels omdat hun banken minder blootstaan aan binnenlandse staatsobligaties en hun overheden profiteren van monetaire flexibiliteit.
De Japanse schuld van 257% bbp is grotendeels intern gefinancierd, en de VS heeft een wereldwijde reservemunt. De EU mist deze luxe. Versoepeling zou banken in risicolanden zoals Spanje en Italië aanmoedigen om nog meer staatsobligaties op te nemen, wat de nexus versterkt en de kans op een nieuwe crisis vergroot.
Kunnen wij echter wel achterblijven met versoepeling, en wat zijn de risico’s? Eén van de risico’s blijkt volgens de Europese Commissie te zijn dat alle extra schulden die de EU zelf wil maken, en die de EU wil dat de landen gaan maken, zonder blijvende versoepeling duurder worden. Ik vind dat een slecht argument. Laten we even kijken naar de situatie.
De tabel hieronder, gedeeltelijk met geschatte cijfers, toont de precaire balans tussen nationale schulden, bankblootstelling aan staatsobligaties en de risico’s van de sovereign-bank nexus in eurolanden. Hoge schulden, slechte rating, en hoge blootstelling van banken gaan hand in hand.
Sovereign-Bank Nexus en S&P Ratings in Eurolanden (2015 en 2025, geschat)
Hoogste nexus: Italië, Spanje, Portugal, Griekenland en Cyprus hebben de sterkste sovereign-bank nexus door hoge schulden, zwakke bankbalansen en een groot aandeel binnenlandse banken in obligatiebezit. Italië en Spanje springen eruit door de absolute omvang van de schuld.
Beëindig de versoepelingen?
De Commissie rechtvaardigt het voorstel door te wijzen op de noodzaak om banken concurrerend te houden en de financiering van overheden te vergemakkelijken, vooral in tijden van economische onzekerheid zoals de groene transitie en geopolitieke spanningen. Dit negeert het feit dat financiële stabiliteit een voorwaarde is voor economische groei. Door banken meer staatsschuld te laten opbouwen zonder extra kapitaalvereisten, worden belastingbetalers indirect blootgesteld aan risico’s. In plaats van banken te versterken, zoals Basel III beoogt, creëert dit voorstel zwakke plekken die in een crisis kunnen leiden tot nieuwe bailouts.
En er zijn alternatieven. De German Council of Economic Experts pleit voor kapitaalvereisten voor staatsobligaties afhankelijk van de kredietwaardigheid van het land. Dit zou banken dwingen om hun blootstelling aan risicovolle staatsobligaties (zoals die van Italië en Spanje) te beperken. Vervelend voor die landen maar verbetering van de kredietwaardigheid hebben ze zelf in de hand.
Met dit in gedachten wilde ik vooral dat de versoepeling werd beëindigd. Ik hecht meer belang aan een stabiele financiële sector dan aan goedkope extra schulden. Op het amendement van The Left (communisten) om direct de oorspronkelijke Basel-regels te implementeren waren we de enige Nederlandse partij die voor stemde. GroenLinks en Volt onthielden, de rest was tegen.
Ik vermoed dat The Left niet mijn redenering volgde maar dat zij vooral het verdienmodel van de banken wilden aanpakken, en sowieso tegen deregulering zijn.
De boel valt niet direct om
Het alternatieve voorstel was om opnieuw een tijdelijke versoepeling, nu voor vijf jaar, toe te staan. Nadat het eerste voorstel niet werd aangenomen heb ik daar voor gestemd. Dat haalde het ook niet. Voor waren de PVV, SGP, D66, PvdA, GroenLinks, Volt, en tegen waren CDA, BBB, SGP, VVD (die met D66 in een groep zit).
Het commissievoorstel werd goedgekeurd door het Europees Parlement met 436 stemmen voor, 149 tegen en 11 onthoudingen. Voor waren CDA, BBB, NSC, Chahim (PvdA), VVD, D66, SGP, en tegen waren PVV, PvdA (de andere twee), GroenLinks, Volt. De huidige situatie wordt daarmee permanent gemaakt na goedkeuring door de Raad van de EU.
De boel valt niet direct om. Maar de wereld zit ook niet op één lijn, al lijkt dat nu even zo. Trump zet in op verdere deregulering en dat kan de eurozone eigenlijk niet aan. In een wereld met zelfstandige landen en een grensoverschrijdende financiële sector moet er uiteindelijk altijd gekeken worden naar de eigen situatie. Niet alleen lijk ik in die overtuiging niet de meerderheid te vertegenwoordigen, ook is mijn analyse van de situatie een minderheidspositie.
Volgende week ga ik weer wat anders doen.
— Auke Zijlstra is Europarlementariër namens de PVV. Voor NN schrijft hij over het wel en vooral wee in Brussel. Op X is hij te vinden als @EconoomZijlstra. Zijn eerdere Berichten uit Brussel zijn te vinden op deze pagina.
Normaliter is de commentfunctie alleen open voor paid subscribers. Omdat Auke een volksvertegenwoordiger is, zijn ze onder zijn bijdragen voor allen geopend. Aan- of aanmelden voor notificaties van separate onderdelen van Nijmans Nieuwsbriefje doet u via uw accountpagina.
Mooi stuk. Lees je weinig over. Gelukkig is er nog iemand die hierop de aandacht vestigt.
Wat altijd angstvallig vermeden wordt om over de te praten is het Target 2 saldo. Ik vergelijk het altijd met de opheffing van de deviezengrens in 1941 en het buiten werking stellen van het clearing instituut. Het gevolg was een onderwaardering van de gulden en een waardeloze vordering op de Reichsbank die een schade opleverde van 10 miljard gulden bij een BNP van 6 miljard. In huidig geld zou dat een schade van 1,5 biljoen betekenen.
Target 2 is het saldo van vorderingen en schulden tussen de eurolanden als gevolg van hun onderlinge handel. Nederland bewaakt het saldo maar Duitsland had een saldo ongeveer ter grootte van de Italiaanse staatsschuld de laatste keer dat ik het opzocht. Dat betekent dat Duitsland aangesproken kan worden voor pakweg 85 procent van het herkapitalisatie van de ECB plus een oninbare vordering op Italie heeft ter grootte van de Italiaanse staatsschuld.
Natuurlijk willen ze de normen versoepelen. Het is blijven schilderen aan de ruine net zolang tot de verf de brokstukken niet meer bij elkaar houdt. En banken hebben een nutsfunctie, niet waar?
Waarom zouden ze zich druk maken om een nwe crisis? het zijn juist crises die hen toestaan de EU financieel strakker te trekken en verder te federaliseren.