Hallo en welkom in een handgeschreven, analoog ontwikkeld essay over kunstmatige intelligentie. Onderstaand beschrijf ik - naar ik hoop op enigszins luchtige wijze - het einde der tijden door AI.
Bijna vanuit het niets is Artificial Intelligence dagelijks onderdeel geworden van ons leven. Van chatbots die klantenservice verlenen op websites en software die assisteert bij medische diagnoses tot allerlei vormen van sociale, publieke en maatschappelijke dienstverlening daar tussenin: AI is razendsnel alomtegenwoordig geworden. De discussie over vloek of zegen hobbelt er vrij machteloos achteraan, gehinderd door de veel tragere rekenkracht van individuele menselijke breinen maar ook door het overweldigende enthousiasme van de groeiende groep gebruikers en geïnteresseerden.
Voor een ethisch debat over AI is het helaas al lang te laat: ontwikkelaars maar zeker ook technologisch concurrerende natiestaten zoals de VS en China zullen hun opponenten nooit een voorsprong gunnen door zichzelf te beperken langs vraagstukken over limitaties, sociale impact en gevaarlijke bijwerkingen. De voortgang van AI-implementatie zal razendsnel blijven gaan en ons zowel overkomen als overvallen.
Mocht deze inleiding de indruk wekken dat enige somberheid over kunstmatige intelligentie de boventoon voert bij schrijver dezes, dan is uw leesvaardigheid nog niet aangetast door de uitbesteding van analoge hersenkracht aan de Large Language Models die aan AI-software ten grondslag liggen. Maar wat niet is, kan nog komen.
AI is namelijk niet alleen een motor voor productieve vooruitgang maar ook een handrem op menselijke ontwikkeling. Deskilling, heet dat fenomeen. Ontvaardigen, munt ik bij dezen als Nederlandse vertaling. Het brede besef daarover zal helaas te laat gaan indalen, ver na de juichstemming over wat ChatGPT, Grok en aanverwante apps voor lolligs kunnen met plaatjes, verbazingwekkends doen met oude-foto-naar-video-rendering, of met welke praktische vaardigheden ze in vijf minuten de dagrapporten kunnen schrijven waar je normaal vier uur kantoortijd voor klokt, en waar jouw baas jou de uren voor betaalt.
Nog wel, althans. Als die baan er straks niet meer is omdat je baas doorkrijgt dat AI je werk moeiteloos kan overnemen, dan zijn die kekke kunstmatige plaatjes vast ook ineens niet meer zo lollig.
Laat me hier overigens onmiddellijk bekennen dat mijn perceptie van AI gekleurd wordt door mijn technische kennis erover. Die reikt niet veel verder dan wat het oog momenteel kan zien. Ik beschik tevens niet over een alziend oog dat de gevolgen van AI-implementatie kan overzien - ik vaar op de onderbuik en op wat ik nu kan zien, en zie gebeuren.
Op Instagram voel ik me dan ook steevast tot mikpunt van spot gemaakt door advertenties die naar me schamperen dat veertigplussers AI louter gebruiken als een soort super-Google zonder de volledige potentie ervan te begrijpen, laat staan die te kunnen benutten. En dat jongere, snellere en slimmere geesten natuurlijk wél weten hoe ze hun leven en hun verdienvermogen zodanig kunnen automatiseren dat ze het gros van hun tijd aan zwembaden kunnen vertoeven, op idyllische locaties waar ze met hun privéjets heen gevlogen zijn. Volgens die advertenties, althans.
Hoewel dat natuurlijk onzin is, voel ik me toch op alle niveaus aangesproken en bespot door dergelijke ads. Te oud, te ver achterlopend op de vernieuwing, misschien wel te weinig ambitieus om AI vóór me te laten werken. De kans bestaat dat ik binnen afzienbare tijd zelfs wel uit de toch al vrij krappe markt voor broodschrijvers wordt gedrukt, omdat mijn manier van werken achterhaald raakt dankzij schrijfsoftware die binnen een uur teksten uitspuugt waar ik een week over moet piekeren, peinzen en pennen.
De concurrentie kan ook omgekeerd werken, omdat AI the zone zal flooden met shit, om Steve Bannon te parafraseren. Deze voormalig shitposter in chief uit de eerste termijn van Donald Trump had als werktheorie dat de president zo veel domme tweets moet plaatsen, memes moet posten en rare retoriek moet roeptoeteren, dat de échte beleidsmatige veranderingen die de regering in werking zet - datgene waar de pers en het publiek eigenlijk op zouden moeten letten - zullen ondersneeuwen onder fophef over poep.
Het aloude liberale marktplein voor ideeën, zoals ik het internet nog altijd placht te romantiseren, wordt door AI overspoeld worden met poep. Alles van waarde, belang en beredenering zal eronder verdwijnen terwijl mensen echte kennis verwarren met de output van kunstmatig gegeneerde informatie.
Hiermee heeft u een beetje beeld van mijn relatie tot en vooral mijn argwaan jegens LLM’s en weet u waarom ik me nooit laat verleiden om op zo’n advertentie op Insta door te klikken voor een 28-daagse AI-cursus van vijftien minuten per dag, waar dan aan het einde voor mij ook zo’n privéjet lonkt terwijl ChatGPT mijn visual presence in de virtuele ruimte enhance’t, en Grok met z’n onverslaanbare algoritmes en razendsnelle beredeneringen van marktbewegingen de waarde van mijn crypto-beleggingen tot ongekende hoogtes zal stuwen. En ik dus nog een parasoldrankje kan bestellen.
Dat is niet alleen een illusie, het gaat ook niet gebeuren. Ik ben nou eenmaal een vleesgeworden typemachine met het door celweefsel beperkte RAM-geheugen van een vroege IBM-computer en in deze hyperdigitale tijden worden zelfs vroege veertigers veel sneller oud, aan alle kanten ingehaald door nieuwe ontwikkelingen in de stofwolken van de razende vooruitgang achtergelaten. In al z’n kille beredeneringen zal AI daarover geen enkel mededogen kunnen veinzen.
Het gebrek aan liefde is wederzijds en dit artikel is dan ook volledig zonder de hulp of input van AI geschrevene, en dus ook zonder brede of verdiepende kennis bij mijzelf van wat AI nu allemaal al kan en binnenkort nog meer zal kunnen. Voor mij is het inderdaad vooral een super-Google en een concurrent op een krappe, overvolle arbeidsmarkt.
Het zal u na deze lange verzuchting wellicht verbazen dat deze essayette geen pleidooi tegen AI is. Dat zou namelijk ook weer zo old man yells at cloud-software zijn.
Je kunt deze techniek in ontwikkeling namelijk best kritisch beoordelen op zijn nuttige toepassingen, bestaande tekortkomingen of de dreigende effecten van teloorgang voor talloze menselijke banen, functies en breinen. Maar je kunt een LLM niet verwijten te bestaan, omdat veel slimmere mensen dan ik de codes hebben bedacht en geschreven die AI aandrijft en ontwikkelt (en ook: beperkt).
Natuurlijk ben ik niet à priori tegen vooruitgang (want wie niet mee vooruitgaat, graaft zijn eigen graf), ik ben slechts gepast argwanend en terughoudend. AI als concept is dus het probleem niet.
Keep reading with a 7-day free trial
Subscribe to Nijmans Nieuwsbriefje to keep reading this post and get 7 days of free access to the full post archives.